Een dag als een ander
Nog snel een extra paar kousen in de kleine koffer, een citytrip is een wandeltocht. De lokale trein naar de luchthaven haat voor één keer laattijdigheid.
De bezige incheckbalie ademt vertrouwdheid en is de gate naar even weg.
Tot het hoedje er anders over beslist. Wat was zal nooit meer zijn.
Tientallen mensen zonder onderscheid van kleur of godsdienst, liggen rondom. Sommigen in rare houdingen. De mist van stof en verpulverde ellende lijkt een bloederige Vietnamfilm.
De transportband toont me een uitweg. Hij tuimelt me naar een onbekend depot samen met andere radeloze mensen. Allen één ding gemeen: onverklaarbare verschrikking in doffe ogen. Een grote vliegtuighangar biedt opvang. Het flesje water van de noodopvang brengt me terug op Zaventem. Een bloedend been, het kon veel erger. Ben ik dit of staat een ander deze ontreddering gade te slaan.
Ik raak opnieuw thuis. Hier pas wordt de Apocalyps duidelijk. De media van de ganse wereld doen hun best. Politici staan paraat met oplossingen. Stoer doen na de feiten lijken we bijna gewoon.
Het is moeilijk na deze dag om het broodnodige geloof in de mens niet aan de kant te schuiven. Naïef zijn brengt evenmin een oplossing, net als het procesloos veroordelen van bevolkingsgroepen. Tenslotte rest er enkel de ander, bleekscheet of bronzé, in deze interculturele maatschappij.
De wereld rondom blijft verward (of is het complex?) tot vandaag, een jaar later. Doe er morgen maar bij. Oplossingen van de frontpagina hebben de langzame krochten gevonden van de politieke besluitvorming. Trumpeer u niet.
De uitdaging blijft: de realiteit van elke dag durven verder beleven. Samen, niet alleen. Mediagetoeter noch geweer kan hierbij helpen. Stil verdriet haalt immers de krant niet.
Belleman