Geloven in
Het zijn moeilijke tijden voor mensen die nog geloven in onze democratie georganiseerd volgens geldende rechtsprincipes. Sommigen, waarvan ik pertinent weet dat ze het spel democratisch willen spelen, hoorde ik de laatste weken spreken over het failliet van deze democratie.
Is dit zo of beleven we, zoals nog heel wat andere staten een crisis van deze bestuursvorm? Ik realiseer me dat onze staatsinstellingen alleen al door hun complexiteit de democratie die wij nastreven, niet dienen. Dat onze structuren niet zorgen voor oplossingen maar voor bijkomende ruzie en problemen.
Wie geraakt er nog uit dit kluwen? Wie weet wie uiteindelijk verantwoordelijk is. Zelfs een gemotiveerde volger heeft het moeilijk om niet te vervallen in plat populisme, om zich niet te laten leiden door ondoordachte uitlatingen die ons geen stap verder brengen maar integendeel het verval van die gekoesterde democratie bespoedigen.
Het is dus opletten geblazen want het spel wordt vaak op de straatstenen gespeeld, niet direct de ideale speelzone maar een stuk niet te vermijden gezien onze sterk gemediatiseerde maatschappij.
Wie wil er nog zijn nek uitsteken? Welke masochist, ook al is die (te) rijkelijk betaald, kan deze harde wereld nog aan? Wie heeft nog voldoende eerlijke schaamte over? Wie weet nog welke richting het democratische schip moet varen? Bestaat het grote gelijk in deze? Wie een mening durft te uiten die ingaat tegen de populistische mainstream krijgt de nodige bagger over zich. Het is veiliger niets te zeggen…
De molen van eigen gelijk en eenvoudige oplossingen, een kritische geest onwaardig, kan op deze manier rustig verder draaien. We kijken ernaar en zien dat het niet goed is en dat nog slechter steeds reëler wordt. Daarom moeten politici, waarvan een groot deel het nog altijd goed meent, hun plicht als democratisch vertegenwoordiger vervullen: doen wat goed is voor de belangen van onze gemeenschap. Verwar hier gemeenschap niet met iedereen want goed doen voor iedereen is onmogelijk. Politieke moed, los van kiesstrategieën en plat kiezersgewin, is hier geen ijdel woord.
Diogenes loopt zoekend rond in de politieke wereld, de lamp brandt maar flauw, heeft iemand wat olie?
Belleman