“In den blauwe geschelpte”
De naam van een herberg ergens in Ternat die zijn beste tijd lijkt gehad te hebben maar daardoor net oogt als bruine kroeg. De waard staat wat onwennig achter zijn afgesleten toog, zo weinig volk over de vloer is hij niet gewoon. En het duurt nu al geruime tijd.
De waan van de dag is langzaam opgetrokken na de laatste gemeenteraadsverkiezingen. Hier en daar een oudere klant met een pint waar je aan de rand kan zien dat de vrees voor de grote drooglegging ook voorbij is. Neen ad fundum en tournée générale zie je hier niet meer.
Eentje zit er bij een lege koffiekop in het halfduister te mijmeren, alsof hij ook wel drukkere tijden heeft meegemaakt. Tegenover hem een deftige meneer die een agenda met bijhorende moeilijke telefoon argeloos op tafel heeft liggen. “Ja voorzitter, wat is hier gebeurd?” zegt de deftige meneer tegen de lege koffiekop. Deze schudt met het hoofd en zegt: “Ik had moeten luisteren naar mijn trouwe achterban, wie blijft er nu nog over, enkel de Frans. Men had me gewaarschuwd maar ja verblind als ik was, is de boel nu om zeep.” Zware woorden die mijn oren doen tintelen.
“Ook onze beide zonen hebben niet gepresteerd en nochtans blaken ze van ambitie. Maar tevergeefs, de kiezers moeten onze soep niet hebben.” Zo vervolgt de lege koffietas die onbewust reikt naar een dikke sigaar maar tijdig beseft dat dit niet meer kan. De moeilijke telefoon: “misschien hadden we de vroegere blauwe leden moeten houden. Nu zijn ze uitgezwermd, eentje die schepen was, is zelfs gestopt. Quelle merde!”
“Nochtans hadden we een blauwe traditie in Ternat, ook al leunden we al die jaren aan bij Gerard. Hier blijft niets van over. Het is om moedeloos te worden, zo een misrekening!” zegt de potentiële sigarenroker. Hoofdschuddend antwoordt de man met de getrimde snor:” Ik denk dat ik er ga mee stoppen maar ik zou graag hebben dat die advocate uit Wambeek in mijn plaats gaat zetelen, niet die advocaat van Ternat.”
De koffiekop: “Gij met uw advocaten, het zal die uit Ternat moeten worden want die is eerste opvolger en dat zegt de wet. Misschien moeten we de vroegere blauwe garde opnieuw optrommelen door het vuur gaan en hopen dat we kunnen herstarten zoals vroeger?” moppert de koffiedrinkende voorzitter. “Misschien kan de Frans bemiddelen?” zo rondt hij het gesprek af nadat hij toch maar een pint heeft besteld bij de induttende baas.
De man met de moeilijke telefoon die net rinkelt: “Zet dat maar op mijn rekening, dat is het minste wat ik kan doen na dit debacle, geef er mij ook een en neem voor uzelf ook iets.”
Misschien kan de drank soelaas brengen in deze donkere tijden?
Belleman